De ontwikkeling van Eindhoven
Eindhoven werd vanaf het begin van de 15e eeuw steeds belangrijker. Dat kwam onder meer door Jan van Schoonvorst, hij was in 1420 heer van Eindhoven. Hij bouwde binnen de stadsmuren een nieuw kasteel, op de hoek van de (huidige) Ten Hagestraat en Vestdijk, en gaf het terrein van zijn oude kasteel, dat vermoedelijk al uit de 12e eeuw stamt, aan kloosterlingen. Ook nu bevindt zich op deze plek nog altijd het klooster Mariënhage.
Ook voerde hij verschillende beroepsgilden in. Toch bleef het inwoneraantal van Eindhoven klein, tot het begin van de 19e eeuw woonden er nooit meer dan 2.000 inwoners. Een belangrijke reden daarvoor is dat in en rond Eindhoven vele oorlogen en conflicten werden uitgevochten. Rond 1560 maakte Jacob van Deventer een kaart van de stad. De wegstructuur, met de langgerekte lintbebouwing, en het globale beeld van de stad zijn nu nog herkenbaar.
De dorpen Woensel, Tongelre, Stratum, Gestel en Strijp
De stad Eindhoven had met zijn markt een regionale functie voor de dorpen in de omgeving. Deze dorpen waren in de loop der tijd op de hoger gelegen gebieden tussen de beekdalen rondom Eindhoven ontstaan. Een aantal van deze omliggende gemeenten, namelijk Woensel, Tongelre, Stratum, Gestel en Strijp, is sinds 1920 onderdeel van de gemeente Eindhoven.